Een B-weg
Weg van de overvolle snelweg, ver weg
van ambities en het heilig moeten
ligt voor hem uitgestrekt zijn achterland
tijd spiegelt zich in opgeschoonde sloten.
De hemel helderblauw gewassen hangt
hoog boven geschoren gras, leeg is
dit land, geen mens meer te bekennen
en elke vogel lijkt al lang gevlogen.
Als baken in het landschap, rood ingekleurd
het transformatorhuisje, dat in stilte speelt
met energie en hem verbindt met
het gehucht dat aan de einder hecht.
In het strijklicht van de avond wordt gewist
wat overbodig is, dan is de weg nog vrij
voor een vertraagde pas, soms is een sloot
die zich in nevels hult, meer dan genoeg.
Zijn B-weg die hem vasthoudt tot het
aardedonker wordt, waarna –verrast
door hogerhand?- het licht aanspringt
het schijnt de hoogste tijd te zijn..
Atze van der Wijk